Encyclopedie: Bindweefselmassage

Massage bedoeld om een veelheid aan klachten te behandelen.
Door: de Webredactie | Geplaatst: 7 mei 2009 | Laatste Wijziging: 15 feb 2016

Bindweefselmassage is vanaf 1930 bedacht door Elisabeth Dicke (1884-1952), nadat zij zichzelf met succes met deze methode behandeld had. Bij bindweefselmassage wordt op diverse plaatsen de huid van de patiënt enigszins verschoven ten opzichte van de onderlaag, waar zich het onderhuids bindweefsel bevindt. Ook wordt geprobeerd huid en onderlaag enigszins te verschuiven ten opzichte van een onderliggende spier (loodrecht op de lengterichting van de spier). In het Engels heet de techniek Subcutane Reflex Therapie. Het idee van de reflextheorie is dat afwijkingen van inwendige organen zich altijd manifesteren op specifieke plaatsen aan de oppervlakte van het lichaam. Dit is niet altijd onzin, want soms gaan inwendige stoornissen inderdaad gepaard met verschijnselen op onverwachte plaatsen. Bij zuurstofgebrek van het hart bijvoorbeeld kan de patiënt pijn voelen in de kaak of in de arm. Wel is het onzin om te denken dat men door het bekijken en aftasten van de huid voldoende informatie over inwendige organen kan krijgen om diagnoses te stellen en het is ook onzin om te proberen door prikkeling van huid en bindweefsel de functie van die organen te beïnvloeden.

Op sites die bindweefselmassage aanprijzen wordt gezegd dat deze therapie helpt bij een grote veelheid aan klachten (altijd een veeg teken): aandoeningen in de wervelkolom, acne, buik- en borstkasaandoeningen, diarree, gewrichts- en spierreuma, hoofdpijn, kuit- en voetkramp, maag- en darmproblemen, gewrichtsklachten, menstruatieklachten, migraine, onrustige benen, rimpels, rokershuid, slapeloosheid, spierpijn, spit, stress, chronische verstopping. Sommige therapeuten passen het alleen bij huidproblemen toe.

Bindweefselmassage is niet gevaarlijk (behalve als men er effectieve behandelingen door uitstelt), wel soms onaangenaam. Bindweefselmassage wordt afgeraden bij acute ontstekingen, bij tumoren, bij psychosen en kort na een hartinfarct, zie: Federspiel, K., en V. Herbst, Die andere Medizin. Berlijn, 1992 (4de druk 1996).

Lees ook