Volgens hem moest de oorzaak veeleer gezocht worden in het gebruik van drugs en stimulerende middelen. Veel van de argumenten en vragen die hij in die eerste jaren opwierp, waren legitiem – zoveel was er nog niet bekend – maar in de loop der jaren heeft het reguliere aidsonderzoek deze kunnen weerleggen of beantwoorden. Inmiddels is uit studies ook duidelijk dat het door hem gezochte verband tussen aids en drugsgebruik niet bestaat.
Van een vruchtbare dialoog tussen Duesberg enerzijds en het 'aidsestablishment' anderzijds is al jaren geen sprake meer. Duesberg stond ooit bekend als een kundig onderzoeker, maar was die reputatie al zeer snel kwijt. Hij raakte ook steeds meer verzeild in alternatief vaarwater. Hij en zijn medestanders geloven niet dat hun tegenstanders in staat zijn tot objectief onderzoek. Publicaties die zijn stellingen onderuithalen, deren hem daarom niet meer. Hij schrikt er zelfs niet voor terug onderzoekers die met hem onwelgevallige resultaten komen, simpelweg van fraude te beschuldigen.
Uit: Tussen Waarheid en Waanzin: een encyclopedie der pseudo-wetenschappen, door Marcel Hulspas en Jan Willem Nienhuys (vierde herziene druk, De Geus, 2002).
Literatuur
Hulspas, M., 'De mythe en het monster: alternatieve AIDS-theorieën en de pers', Skepter 1994, vol. 7 (2), p. 5-8.
Naschrift augustus 2009Waartoe pseudowetenschap kan leiden, zien we aan de gebeurtenissen in Zuid-Afrika waar de overheid, dat wil zeggen Mbeki en zijn minister van gezondheid Manto Tshabalala-Msimang ('dokter biet'), aan de theorieën van Duesberg steun ontleenden en zo medeverantwoordelijk werden voor de vroegtijdige dood van honderduizenden. Duesberg was overigens niet de enige factor. Voor meer informatie over Duesberg zie Wikipedia.