Borstkankerpatiënte overlijdt, behandelende kwakzalvers hoeven cel niet in

De Haarlemse rechtbank heeft half juni twee kwakzalvers, de orthomoleculaire basisarts en acupuncturist Peter Janssen met een praktijk in Zaandam, en de Amsterdamse natuurgenezeres Martha Bosscher, voorwaardelijk straffen opgelegd.
Door: Broer Scholtens | Geplaatst: 19 jun 2013

De twee hebben een borstkankerpatiënte afgeraden naar het ziekenhuis te gaan, omdat daar het stralingsrisico te hoog zou zijn. Verzoeken van het ziekenhuis in Haarlem en van de huisarts om zich te laten behandelen voor de geconstateerde borstkanker werden in de wind geslagen. De vrouw, die door de twee meer dan vier jaar werd behandeld met hocuspocustechnieken, is in 2011 op 52-jarige leeftijd overleden.

Basisarts/elektro-acupuncturist Janssen (54 jaar), verbonden aan de Medische Praktijk voor Aanvullende Geneeswijzen in Zaandam en lid van acupuncturistenvereniging NAAV, werd veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van een jaar, met een proeftijd van vijf jaar wegens `roekeloos en nalatig handelen waardoor de patiënte zwaar lichamelijk letsel opliep', zo oordeelde de rechtbank. De 71-jarige natuurgenezeres Bosscher, met een gelijknamige stichting die zich bezighoudt met `slachtoffers van lokale anesthesie', kreeg een voorwaardelijke gevangenisstraf van een half jaar. Het Openbaar Ministerie (OM) had veel hogere straffen geëist. De arts had drie jaar achter de tralies gemoeten, de natuurgenezeres twee jaar, zo had het OM geëist. De arts zou bovendien tien jaar zijn beroep niet mogen uitoefenen, vindt het OM, dat overweegt tegen de uitspraak in hoger beroep te gaan. Tegen de basisarts loopt ook een tuchtrechtelijke procedure.

De zaak vertoont grote gelijkenis met die van actrice Sylvia Millecam. Ook zij werd door alternatieve artsen afgeraden naar het ziekenhuis te gaan, en ook die artsen gingen een kwaadaardige borsttumor te lijf met niet-werkzame, onbewezen alternatieve technieken en middelen. De alternatieve behandelaars van Millecam kwamen, na jarenlang juridisch gesteggel, weg met een lage voorwaardelijke celstraf van enkele weken.

De uitspraken van de rechtbank Noord-Holland in Haarlem in de zaak tegen basisarts Janssen en natuurgenezeres Bosscher lezen als horrorverhalen: hoe idioot kun je als behandelaar zijn?

De twee kwakzalvers vertelden de patiënte meerdere malen dat er geen sprake was van een kwaadaardig gezwel of borstkanker (geconstateerd door het ziekenhuis), terwijl intussen de tumor almaar groter werd en door de huid heen groeide en uitzaaiingen ontstonden. De kwakzalvers vertelden de patiënte dat ze een ernstige articaïnebeschadiging had (articaïne is een verdovingsmiddel dat in de tandheelkunde wordt gebruikt) alsmede de ziekte van Lyme, die eerder in een ziekenhuis was geconstateerd. De twee overtuigden de vrouw, gevoelig voor alternatieve behandelwijzen, dat ze beter niet naar een ziekenhuis kon gaan, omdat daar gebruikte stralingstechnieken articaïnebeschadiging en effecten van Lyme alleen maar ernstiger zouden maken. De twee sleutelden aan haar met rare diagnosetechnieken, behandelingen en homeopathische medicijnen in de vorm van druppels en korrels die, zo betoogden ze, `het lichaam zouden ontgiften en repareren'. De vrouw moest zo eerst aansterken, verklaarden ze hun alternatieve behandelingen. De dagelijkse dosis witte korrels die de vrouw moest slikken (achteraf geanalyseerd als suikerkorrels, voornamelijk sucrose) kreeg ze telefonisch door van de natuurgenezeres, soms enkele malen per dag. De patiënte moest leven in een stralingsvrije omgeving zonder internet en mobiele telefoon, met allerlei rare magnetische afschermingen en matjes die straling zouden tegenhouden. Een speciale placemat moest het voedsel neutraliseren. In de laatste fase van het ziekteproces heeft de vrouw zeer veel pijn geleden, pijnbestrijding werd echter verboden. De basisarts heeft enige tijd een relatie met de vrouw gehad en trok tijdelijk bij haar in. Man en dochter van de patiënte verhuisden, ze konden de fascinatie van de vrouw voor het vreemde, alternatieve gedoe tot hun verdriet niet keren.

Tijdens de rechtszitting tegen de twee kwakzalvers eind mei stelde een oncologe van het VUmc dat vrouwen die zich met een primair mamacarcinoom bij de mammapoli melden gemiddeld 75 procent kans hebben te genezen, een kans die groter zal zijn naarmate de tumor eerder wordt ontdekt en een behandeling eerder kan worden ingezet.

 

Naschrift 1 juli 2013

Het Openbaar Ministerie (OM) is eind juni in hoger beroep gegaan tegen de voorwaardelijke straffen die zijn uitgesproken tegen de twee alternatieve genezers.

 

Naschrift 13 juli 2014

Homeopathisch arts levenslang geschrapt uit BIG-register

Homeopathisch arts Peter Willem Joan Adriaan Janssen, woonachtig in Heemstede, mag zich ook van de tuchtrechter geen arts meer noemen, met onmiddellijke ingang. Hij had zichzelf reeds uit laten schrijven uit het BIG-register. Het recht om zich opnieuw in te laten schrijven is hem dus nu levenslang ontzegd, vanwege `geen of onvolledige zorgverlening.´ De doorhaling van Janssen is in het BIG-register terug te vinden als 99021820501

De officiële doorhaling in het BIG-register van begin juli effectueert de veroordeling van Janssen door het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg in Amsterdam, begin mei. Om de individuele gezondheidszorg te beschermen vindt het college het onwenselijk dat Janssen zich ooit nog kan inschrijven. De arts heeft sinds 1996 gewerkt als acupuncturist, orthomoleculair geneeskundige, homeopaat en manueel therapeut, in een praktijk in Zaandam. Janssen was onder meer geaccrediteerd bij de acupuncturistenvereniging NAAV.

De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) had eind 2013 bij het tuchtcollege een klacht ingediend tegen homeopaat Janssen vanwege de alternatieve behandeling met dodelijke afloop van een 53-jarige kankerpatiënte. De IGZ vindt dat Janssen zich onprofessioneel heeft gedragen, de patiënte slecht heeft geïnformeerd en haar adequate palliatieve zorg heeft onthouden. Ook is hij doorgeschoten in zijn contact met de patiënte, vindt de inspectie. Janssen behandelde borstkanker bij de vrouw met homeopathische sucrosekorrels en hield de vrouw weg bij de reguliere zorg. Ook woonde hij tijdelijk in bij de getrouwde vrouw en ging met haar op vakantie. De vrouw overleed eind maart 2011 aan een verwaarloosde, uitgezaaide en etterende borsttumor, aldus het tuchtcollege.

De rechtbank in Haarlem heeft Janssen in juni 2013 veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van 12 maanden met een proeftijd van vijf jaar. Het beroep dat justitie tegen dit vonnis heeft aangetekend, moet nog voorkomen.

 

Naschrift 3 februari 2015

De veroordeelde natuurgeneeskundige Marthe Bösscher stelde in 2006 bij de inmiddels overleden vrouw “ernstige articaïnebeschadiging” vast, blijkt uit de gerechtelijke uitspraak in 2014. Deze aandoening zou zijn veroorzaakt door articaïne, een lokaal verdovingsmiddel dat tandartsen vaak gebruiken. De electro-acupuncturiste prijst zichzelf aan als specialiste hierin. Bösscher behandelde vermeende patiënten met ontgiftingskuren en 'repareerde' het lichaam met homeopathische middelen, in de vorm van druppels en korreltjes. Sucrosekorreltjes, zo bleek uit politieonderzoek.

Op de site van haar Bösscher Stichting in Rockanje (of wel Stichting voor Slachtoffers van Lokale Anesthesie) staat ter verantwoording van haar zelfverzonnen aandoening een verwijzing naar een studie van de Wetenschapswinkel Geneesmiddelen van de Rijksuniversiteit Groningen.  Die heeft in 2001, in opdracht van de stichting, een literatuuronderzoek gedaan naar de vele ellende die articaïne zou veroorzaken. “Helaas berust op het resultaat van deze studie een publicatieverbod”, verkondigt de stichting spijtig op haar site. 

Een dikke leugen. De scriptie ՝Articaïne, samenvatting van onderzoek naar bijwerkingen”  is op de website gezet van de Groningse universiteit, bevestigt het College van Bestuur (CvB) desgevraagd eind januari 2015 in een brief aan tandarts Daniel Joffe, lid van de Vereniging tegen de Kwakzalverij. Dit is in 2003 al gebeurd, aldus het CvB. 

De twee studentes farmacie maken in hun conclusies korte metten met het articaïne-verzinsel van Bösscher, conclusies die ook duidelijk maken waarom de stichting zich al die jaren heeft verscholen achter de mededeling publicatieverbod.  “Uit onze driedelige studie is duidelijk geworden dat de frequentie en de ernst van de korte termijnklachten bij articaïne ongeveer overeenkomen met de korte termijnklachten die worden gemeld bij het gebruik van andere lokaal anesthetica”, schrijven de twee studentes. “Bovendien, klachten opgetekend tijdens vragensessies, blijken moeilijk te relateren aan de toediening van articaïne. Nergens in de literatuur is gevonden of wordt zelfs maar gesuggereerd dat articaïne langdurig in het lichaam aanwezig blijft en na toediening klachten geeft.”
In goed Nederlands: “Articaïne-beschadiging is een verzinsel”. Een vernietigend resultaat uit een onderzoek dat nota bene werd gefinancierd door de bedenkster zelf.

 

Lees ook