Inspectie pakt chelatiekliniek Walborg in Amsterdam aan

De Inspectie voor de Gezondheidzorg (IGZ) heeft de Oosteinde Walborg Kliniek in Amsterdam eind maart met onmiddellijke ingang een week gesloten, omdat hygiënerichtlijnen onvoldoende werden gevolgd.
Door: Broer Scholtens | Geplaatst: 3 apr 2013

Er was daardoor volgens de inspectie een acuut gevaar voor de patiëntveiligheid. In de kliniek mochten een week lang geen patiënten meer worden behandeld. Ook heeft de inspectie bij het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg in Amsterdam een klacht ingediend tegen Geert Kingma, de arts/bestuurder van de kliniek.

Het bevel tot sluiting kwam na een onaangekondigd bezoek van de inspectie half maart. De inspectie heeft toen protocollen nagelopen, een rondgang gemaakt door de kliniek en gesproken met Kingma en enkele assistenten. De inspectie ontdekte tijdens haar bezoek dat de Kwaliteitswet zorginstellingen op meerdere punten niet werd nageleefd.

De Oosteinde-kliniek heeft een pakket aan alternatieve behandelingen zoals ozonhemotherapie en chelatietherapie. De kliniek hanteert ook een onbewezen, alternatieve therapie voor de behandeling van patiënten met (mogelijk) chronische Lyme-ziekte. Een antibioticabehandeling, zo constateert de IGZ, die niet conform de CBO-richtlijn is. De kliniek, zo oordeelt de IGZ in haar rapport (PDF), `wijkt bij elke patiënt af van deze CBO-richtlijn, een onderbouwing hiervoor ontbreekt.'

De Lyme- en chelatiekliniek, die onderdeel is van de Hoffmann Kingma Praktijk BV, is opgericht door de vorig jaar overleden natuurgeneeskundige/arts-homeopaat Carel Hoffman. Op dit moment is basisarts Geert Kingma de enige behandelaar in de kliniek. In 2011, zo blijkt uit gegevens die de IGZ kreeg aangeleverd, werden er nog 5200 patiënten behandeld. Dit aantal is afgenomen sinds het overlijden van oprichter Hoffman. De inspectie heeft naast de tijdelijke sluiting een klacht ingediend bij het regionaal tuchtcollege, omdat arts Kingma `zich ongemotiveerd onttrekt aan de geldende normen.` De IGZ noemt als belangrijke reden `het ontbreken van de verzwaarde informatieplicht bij het aanbieden van alternatieve geneeswijzen.` De inspectie heeft niet specifiek gekeken naar alternatieve behandelingen in de kliniek. Wel oordeelt de IGZ dat patiënten niet goed worden voorgelicht over onder meer de gehanteerde chelatietherapie. Zo is er in de patiënteninformatie niets terug te vinden over het standpunt van de Gezondheidsraad. De raad vindt dat chelatietherapie bij patiënten met hart- en vaatziekten niet als therapie kan worden beschouwd en derhalve niet aanvaardbaar is. In de patiënteninformatie van de kliniek staat echter dat `door chelatietherapie een dreigende bypassoperatie of een amputatie van een voet of onderbeen kan worden voorkomen.'

De inspectie is de laatste tijd zeer actief. Zo werd begin maart ook het apotheekgedeelte in de praktijk van de homeopathische huisarts Adri van der Marel, het Medisch Centrum Westerbuurt in Venhuizen, onder verscherpt toezicht geplaatst vanwege risico's voor de patiëntveiligheid. Het bleek een smeerboel te zijn in zijn praktijk.

De toegenomen activiteit bij de IGZ is op meer fronten zichtbaar. Zo stapte de inspectie in 2012 aanzienlijk vaker met een klacht tegen een arts naar een van de regionale tuchtcolleges, blijkt uit hun jaarverslag (PDF).

Lees ook