Encyclopedie: Sympathieleer

Het magische idee dat wat op elkaar lijkt ook een relatie heeft en zich leent voor manipulatie.
Door: de Webredactie | Geplaatst: 2 jun 2009 | Laatste Wijziging: 15 feb 2016

Gelijkenis is een vaag begrip. Een object (relikwie) dat met iets in contact is geweest kan al voldoende 'gelijkenis' bezitten om voor magische doeleinden gebruikt te worden. Op grond van dit idee zou het mogelijk zijn een mens of een dier ziek te maken door een afbeelding van hem te beschadigen; anderzijds zou het mogelijk zijn, zoals sommige paranormale genezers beweren, om iemand aan de hand van een foto, haarlok of ander aan de persoon gebonden object te genezen.

Nog slechts enkele eeuwen geleden meende men dat men door een wapen met 'wapenzalf' in te smeren, de verwonding door dat wapen kon worden genezen. Tal van magische overtuigingen (bijvoorbeeld dat de volle maan geboortes veroorzaakt, of de wassende maan goed is voor plantengroei) zijn nog springlevend. In deze magische denkwijze is het ook mogelijk om ziekten via magische handelingen over te dragen op een ander mens, dier of plant. Nog niet zo lang geleden kon men geneesbomen vinden, die volgespijkerd zaten: een ingeslagen spijker lijkt op een blaar, dus bij zo'n geneesboom kan men zijn huidziekte kwijt. Analoog zou men door het begraven van een zakdoek zijn verkoudheid kwijtraken, of door een stukje kleding dat in contact is geweest met een koortsige zieke aan een boom te bevestigen de koorts op de boom overbrengen.

Deze gedachte dat alles met alles samenhangt speelt vooral een grote rol in de medische astrologie, het gebruik van amuletten, edelsteentherapie, kleurentherapie en de antroposofische geneeswijze. De signatuurleer kan worden beschouwd als een bijzondere uitwerking van de sympathiegedachte. Er is al sprake van in de klassieke oudheid, maar de leer is pas in de 16de eeuw volledig uitgewerkt door Paracelsus (1493-1541).

Een hedendaags (onwerkzaam) middel dat oorspronkelijk werd toegepast op grond van de signatuur is ginseng, een Chinese plant waarvan de wortel enige gelijkenis vertoont met het menselijk lichaam (kruidengeneeskunde). De magische krachten die werden toegeschreven aan de alruin (Mandragora officinarum) waren deels ook op basis van de vorm. De wortel bevat diverse gevaarlijke alkaloïden, dat hielp natuurlijk ook bij de instandhouding van mythes. Een ander voorbeeld is de ooracupunctuur, die berust op het idee dat een oor wat op een foetus lijkt, en dat dus daarin prikken heilzaam is voor de organen die zich op aangeprikte plaatsen zouden bevinden als het oor echt een foetus was.

In de antroposofische geneeswijze en op een bijzondere manier in de homeopathie speelt de signatuurleer een grote rol. Speciaal in de Bach-bloesemtherapie vindt men de sympathieleer sterk terug.

Lees ook